Joseph Frank Keaton (4 oktober 1895 - 1 februari 1966), professioneel bekend als Buster Keaton, was een Amerikaanse acteur, cabaretier, filmregisseur, producent, scenarioschrijver en stuntartiest. Hij was vooral bekend om zijn stille films, waarin zijn handelsmerk een fysieke komedie was met een consequent stoïcijnse, deadpan-uitdrukking die hem de bijnaam 'The Great Stone Face' opleverde. Criticus Roger Ebert schreef over Keaton's "buitengewone periode van 1920 tot 1929" toen hij "zonder onderbreking werkte" aan een reeks films die hem "de grootste acteur-regisseur in de geschiedenis van de films" maken. Zijn carrière daalde daarna met een verlies van artistieke onafhankelijkheid toen hij tekende bij Metro-Goldwyn-Mayer, zijn vrouw van hem scheidde en hij afdaalde in alcoholisme. Hij herstelde in de jaren 40 van de vorige eeuw, hertrouwde en herleefde zijn carrière als een geëerde striptekenaar voor de rest van zijn leven en verdiende een Honorary Academy Award in 1959.
Veel van Keaton's films uit de jaren 1920 blijven hoog aangeschreven, zoals Sherlock Jr. (1924), The General (1926) en The Cameraman (1928), met The General algemeen beschouwd als zijn meesterwerk. Een van de sterkste bewonderaars was Orson Welles, die verklaarde dat de generaal de grootste prestatie van de cinema in komedie was, en misschien wel de beste film ooit gemaakt. Keaton werd door Entertainment Weekly erkend als de zevende filmregisseur en het American Film Institute rangschikte hem in 1999 als de 21e grootste mannelijke ster van de klassieke Hollywood-cinema.